Barbiano zelf ligt in het Eisacktal, ingeklemd tussen wijngaarden, kastanjebossen en groene hellingen. Het dorpje staat vooral bekend om z’n scheef kerktorentje – met 1,57 meter overhelling doet het nauwelijks onder voor Pisa. Iets hogerop ligt Tre Chiese (Dreikirchen), een heiligdom met drie aan elkaar gebouwde kapellen dat alleen te voet bereikbaar is. Een wandeling van een uur, en je staat er.

Het Rittner Horn (Corno del Renon) is de lokale berg van 2260 meter hoog, fantastisch uitzicht, en in de winter een klein skigebied. In de zomer wandel je over de Barbianer Hochalm, een hoogvlakte vol bloemen en stilte. Of je volgt de Keschtnweg, het kastanjepad dat in de herfst bijzonder mooi is – compleet met een nieuwe panoramabrug boven een kloof. De Barbianer watervallen zijn ook de moeite: acht cascades en drie grote watervallen die via een mooi pad te bereiken zijn. Brixen ligt een kwartiertje rijden, Bozen ook, en de Dolomieten liggen voor het oprapen. Maar eerlijk gezegd zit het mooiste hier: tussen de bomen, met dat uitzicht.