VERRASSENDE ZOMERBESTEMMING: VAL VENOSTA, ZUID-TIROL (+ THE BEST OF)
Zuid-Tirol, Zuid-Tirol… Waar is dat ook alweer? Duitsland? Of nee, Oostenrijk? En daar kun je toch skiën? Mis, mis, mis. Of, nouja, niet mega-mis maar wel een beetje mis. Zuid-Tirol a.k.a. Sudtirol ligt namelijk in Italië, in de meest noordelijke punt om precies te zijn. Zou je niet verwachten aangezien je er meer Duits dan Italiaans hoort, maar het is heus Italië. En ja, tijdens het winterseizoen kun je er absoluut skiën maar nog veel interessanter (en leuker) is het feit dat het in Zuid-Tirol ruim 300 dagen per jaar mooi weer is. En hoe: tussen de pieken van de Dolomieten en op het Mediterraanse landschap schijnt vrijwel steevast de zon. Daarnaast is de natuur spectaculair (bergen overal), zijn de meren en rivieren eindeloos (#plop versus #plons) en de vergezichten fenomenaal. Lees: hike-galore. Afijn, Zuid-Tirol, en dan specifiek het Val Venosta gebied, is een oprecht verrassende zomerbestemming dankzij de rust en de ruimte van de Alpen en het welbekende frivole van Italië. En tophotels. Mocht je nog niet overtuigd zijn: check die plaatjes.
Eigenlijk ligt alles in Val Venosta aan een lange pas, een prachtige route door de bergen. Begin als het even kan bij het Messner Mountain Museum, een museum als ode aan de bergen en alles wat daar mee van doen heeft, opgericht door Reinhold Messner, een Italiaanse (extreme) bergbeklimmer. Klinkt saai, is dat allerminst. Het museum is verspreid over vijf verschillende locaties waarvan het hoofdgebouw in Bolzano het meest spectaculair is. Hoewel… Het museum in Scholss Juval mag er ook zijn. Een perfect begin van je doorreis. Via Castel Firmiano, 53, 39100 Bolzano (bovenste foto), messner-mountain-museum.it
Hotel Paradies
Ongeveer 50 minuten rijden over de bergpas vanaf Bolzano kom je aan bij Hotel Paradies, een paradijs indeed. Het hotel opende de deuren al in 1974 maar kreeg door de jaren heen verschillende goed gelukte upgrades en is inmiddels een van de meest knappe adressen in de wijde omgeving. Tijdens de zomermaanden sla je een stuk in de dag op een van de Ibiza-stijl day-bedden aan de rand van het zwembad, met – uiteraard – spectaculair uitzicht over de Alpen. Trek vervolgens, als de zon laag staat, een rondje door de beeldschone omgeving. Dat kan relatief kort, tussen de geurige boomgaard en het maar liefst 5000 m² tellende landgoed van het hotel, of lang, door de schilderachtige bergpas. Om daarna aan te schuiven bij de fantastische chefs van het hotelrestaurant. De ochtend van dag twee is voor – echt, doe het – de hotelspa. Kun je er daarna weer tegenaan. Quellenweg 12, Laces, Trentino-Alto Adige, Italy (foto’s hierboven)
Hotel Hanswirt
Voor de volgende stop hoef je maar een half uur in de auto et voila, je bent bij Hotel Hanswirt. Daar zit inderdaad geen woord Italiaans tussen, Hotel Hanswirt, maar dat mag de pret allerminst drukken: het hotel is Italiaanse-Alpen-chique uit de boekjes, een klassiek sprookjespand tussen de bergen en te midden van een grote, prachtig aangelegde tuin met wederom een fraai zwembad. Tiptop zomermateriaal. De kleinste kamers van het hotel zijn een tikkeltje truttig maar de grap is dat een niveautje meer letterlijk twee euro meer is, en vanaf het moment dat de kamers suites gaan heten, is het bal. En toch… Toch ga je hier vooral heen voor het restaurant. Het van plafond tot vloer en alles daartussen met mooi vergrijsd hout beklede restaurant serveert het ene na het andere hoogstandje. Geroldplatz 3, Partschins (foto’s hierboven en hieronder)
(Geen plek? Een stukje verderop zit Hotel Funggashof, ook een aanrader. Iets minder fraai voor het oog, even goed voor de innerlijke mens: Am Graben 1, Naturns)
Hotel Sand
Het is een puik stukje vakantie vieren in Val Venosta: nog iets verderop vind je ons vierde favoriete hotel in de streek: het nieuwe Hotel Sand, een plaatje van een hotel grotendeels opgebouwd uit futuristisch ogende vierkante houten hutten op palen. Een mooi contrast met de middeleeuwse steden, kastelen, kloosters, kleine musea en landelijke dorpen in de omgeving. De logeerhutten (dat is een understatement overigens) zijn gebouwd rond, inderdaad, een Bali-is-er-niks-bij-panoramisch-buitenbad. Het hotel wordt gerund door de familie Bernhart van wie met name de jongste telgen zorgden voor een eigentijdse vakantiestek. Op het terrein vind je ook een prachtige natuurvijver en de familie Bernhart organiseert naast wandelingen met gids (genoeg te leren over het lokale natuurschoon) uitgebreide wijnproeverijen. Alleen al de moeite van een reservering waard. Er is een binnenbad, een luxe spa en het Stelvio National Park dat voor de deur ligt, is perfect voor allerhande outdooravonturen. Mühlweg 2, Kastelbell-Tschars
Bierkeller
Nog iets verder de pas op, een kleine 20 minuten met de auto, tussen de fruitbomen en aan de rand van een bos vind je een van de leukste restaurants van de streek: Bierkeller in het dorp Laces. Onverwacht gezellig is het er, en hoewel eenvoudig is het er zeker ook onverwacht heerlijk. Probeer een plekje op een van de houten banken en tafels buiten te bemachtigen en laat je bedienen door mannen met lederhosen. Op het menu zaken als een kruidige halve haan die precies goes is, wat ook geldt voor de beenham. En voor de spareribs. Biertje on the side, niks meer aan doen. O, stop onderweg naar de volgende stop vooral in Silandro waar een te gek buitenbad te vinden is (springplank with a view).
Biohotel Panorama
Eindstation van je reis door Zuid-Tirol moet met zekerheid het Reschenmeer zijn, een sprookjesachtig meer met een toren in het midden. Daar niet ver vandaan staat het laatste en vijfde hotel van dit favorietenrijtje: Biohotel Panorama. Een jong en modern hotel waar de kamers met het bad voor het raam niet te missen zijn. Via Nazionale, 5, 39024 Malles Venosta
Beeld links via @martinival
Hoe en wat en nog veel meer over Zuid-Tirol lees je hier: Zuid-Tirol