De Big Bad Bold Barts Boekje restaurants in Parijs-lijst van 2018 (ook goed voor 2019)
En mocht je nou denken: "Jaja Maartje, dat kun je allemaal wel lekker gemakkelijk zeggen enzo, maar zo werkt het niet voor iedereen natuurlijk". Oké, point taken, maar dan wil ik toch graag tegenwerpen dat veel Amerikanen op maandagochtend het vliegtuig pakken naar hun werk, of met gemak 5 uur rijden om naar de immense shopping mall of their choice te gaan. Nu jij weer. Oh, je was je ticket en hotel al aan het boeken? Goed zo. Gelijk heb je. On y va, op naar Parijs maar weer.
Hieronder het kaf van het koren - we hebben écht ons best gedaan om een selectie te maken van alleen de favorieten. Wil je meer? Snappen we! Via deze link lees je alle Parijstips op Barts Boekje, ook fijn natuurlijk. Onderstaand is in willekeurige volgorde, mocht het je wat uitmaken :).
Willekeurige volgorde deze lijst, maar de foto hiernaast, genomen door Sophia van den Hoek, is natuurlijk niet voor niets het coverbeeld van Little Escapes net over de grens (heb ik geschreven, is heel leuk, kun je hier kopen). Restaurant Septime is een absolute must go: mocht je je afvragen waar de crème de la crème van Parijs (en die van New York, Londen, Tokyo en de rest van de wereld) gaat eten, dan is het antwoord: bij restaurant Septime. Hoe ze het voor elkaar krijgen? Net als ieder ander: door gestaag iedere drie weken in te loggen of op te bellen, zeker een halfjaar lang, zo ongeveer de enige manier waarop een avond in het restaurant mogelijk is – de eigenaren doen voor zover bekend niet aan voorkeursbehandelingen. Irritant, ja. Makkelijker te realiseren is een lunch: een menu voor een heel schappelijke € 32,50, net zo goddelijk als een avondmaal.
Wat op tafel komt ligt aan de nukken van de chef en het aanbod van de markt, maar een salade van gekleurde, o zo sappige tomaten met burrata en croutons, verse heilbot met gegrilde komkommer en Vietnamese pepers en vijgenijs om het feest af te sluiten, zou zomaar kunnen.
Toch een tafel voor de avond? Ga dan met honger: je wilt geen van de zes gangen van het tasting menu missen. Er is kreeft, er is aardbeientaart zoals je hem nog nooit geproefd hebt en er zijn wijnen waar je maanden later nog aan terugdenkt. Duur? Ja. Onvergetelijk? Ja. Bijna net zo goed en iets gemakkelijker binnen te komen: Clamento, een deur verder van dezelfde eigenaren. Maar om heel eerlijk te zijn is Clamento misschien wel even favoriet. Iets minder gehyped, ook fijn.
Willekeurige volgorde deze lijst, maar de foto hiernaast, genomen door Sophia van den Hoek, is natuurlijk niet voor niets het coverbeeld van Little Escapes net over de grens (heb ik geschreven, is heel leuk, kun je hier kopen). Restaurant Septime is een absolute must go.
Candelaria wordt gerund door dezelfde mensen als die achter Le Marie Celeste zitten (zie hieronder) maar tacojoint Candelaria is ruiger. De pijpenla-zaak is opgedeeld in twee delen: voorin een cafetaria waar taco’s bereid worden, achterin een donkere bar waar Parisiennes in niemendalletjes zitten te roken, samen met ongeschoren gasten in te strakke broeken. Dat roken mag niet, maar you get the point. Belangrijk: eerdergenoemde taco’s zijn goddelijk. Net als de cocktails en oesters.
Wat je ook doet, ga zeker ook naar de Clown Bar. Nee, het is geen geheim en nee, je zit er niet tussen Fransen, eerder tussen Japanners die ieder gerecht fotograferen, en ja, je hebt ‘m vast en zeker al eerder getipt gekregen maar heerlijk is het er steevast. De bar zit pal naast Cirque d’Hiver en het interieur is belle époque plus clowns op een niet-enge, ver van de Poltergeist-Stephen King-achtige manier. Oldskool chic. De leukste plaatsen? Aan de bar natuurlijk, waar de vins naturels vloeien. Welke niet missen? De burrata met vijgen. Mag je daarna weer verder. Of niet natuurlijk. Wil je langer hangen en meer eten dan alleen die burrata aan de bar; dan moet je echt wel even reserveren.
Le Mary Celeste is een cocktail slash oesterbar waar chique Françaises aan een glaasje nippen. Overdag is het licht en fris maar eigenlijk bruist de tent in de avonduren het meest. Wil je dan aanschuiven, zeker in het weekend, dan is een reservering een must. Is ook leuk want dan beland je naam in krijt op het voor jou uitgezochte tafeltje. Let wel: het kleine menu van Le Mary Celeste is er wel zo een waar je zin in moet hebben: er staat echt niet altijd een allemansvriend tussen. Wie iets minder van de verfijnde keuken is schuift wel aan voor een cocktail en een oester maar slaat de rest van het menu even over.
Al heel vaak gezegd, en dat meen ik: een echte favoriet heb ik niet. En toch… er gaat nagenoeg geen Parijs-reis voorbij zonder een avond bij restaurant Au Passage. Noem het de weg van de minste weerstand, noem het nostalgie, noem het zoals je wilt; feit is dat het bij Au Passage eigenlijk nooit misgaat. Misschien heeft dat te maken met het pretentieloze van de zaak, eerder een kil klaslokaal dan een gezellig restaurant. Leeg is het er echter nooit: Au Passage heeft zijn diensten al lang en breed bewezen. Op het krijtbord staat het menu, in het Frans en regelmatig in onbegrijpelijke formuleringen, zelfs voor de Fransozen werd ons verteld, maar het personeel is niet te beroerd om je van tekst en uitleg te voorzien. Verwacht octopus gone right, met dank aan een voorbereiding van een dag of drie. Huisgebakken brood met de lekkerste zoute boter (bakje leeglikken mag), charcuterie en een juicy selectie groentegerechten. Wel even opletten: Au Passage is trots authentiek Frans en in de vleesgerechten wordt álles van het dier verwerkt. Verder mag de Au Passage-staf de (rock)muziek graag een decibel of wat te hard zetten en de combinatie van die twee laatste feiten maakt dat het restaurant geen allemans vriend is. Sterker nog: vrienden vonden het bij tijd en wijle toch wat te heftig. Is niet erg. Meer plaats voor ons.
Al moet ik heel, heel eerlijk zeggen dat het nieuwe Le Grand Bain, van de eigenaren van Au Passage, dat laatste restaurant afgelopen zomer toch wat heeft verdrongen… Le Grand Bain vind je namelijk net iets meer uit de richting en het kleine aantal nonchalant op straat geplaatste tafels is precies wat Parijs zo leuk Parijs maakt. Dat, die tafels, de goede bediening en het wederom weergaloze eten uiteraard. Overigens hadden we dat al een keer beschreven op deze site en wel hier: 8 x eten in Parijs – alle zaken in dat lijstje mogen ook keihard op je lijstje (maar ik ga hier natuurlijk geen dubbel werk doen, dus doorklikken maar!)
Al heel vaak gezegd, en dat meen ik: een echte favoriet heb ik niet. En toch… er gaat nagenoeg geen Parijs-reis voorbij zonder een avond bij restaurant Au Passage. Noem het de weg van de minste weerstand, noem het nostalgie, noem het zoals je wilt
Wie liever een warm Italiaans maal, en insta-galore, geeft, gaat op zoek naar Pink Mamma: stond een jaar of twee geleden het Italiaanse restaurant Ober Mamma om de hoek van Rue Oberkampf nog garant voor een dikke wachtrij (overigens is dat restaurant nog steeds een aanrader, en de rij stukken korter), sinds eind 2017 is het de beurt aan Pink Mama om het foodiepraatje van de stad te zijn. In de wijk Pigalle, toch al onze favoriete hang-out, en een hemel voor carnivoren dankzij de gigantische 800-grams T-bonesteak. Hoewel je je ook mag verlekkeren aan een fantastische truffelpasta met mascarpone of de bolognese met belachelijk goede gehaktballen. Verwacht een rij voor de deur van het indrukwekkende vier verdiepingen tellende pand, maar binnenkomen doe je, mits je een beetje tijdig aanhaakt. Binnen kregen al die vier verdiepingen een eigen sfeer, van de begane grond tot het dakterras, een kas die baadt in groen licht. Vergeet niet de speakeasy-esque kelder te verkennen om te kunnen nippen aan de Italiaanse cocktails.
Het is sowieso de lievelingszaak van ‘onze’ fotograaf Sophia (Sophia maakte bijna alle foto’s voor de boeken Little Escapes en Little Escapes net over de grens) en Sophia kan het weten: we schoven zelf ook alweer twee keer aan en man, wat is het er lekker bij Carbón, een vooral-vlees-restaurant in Rue Charlot (op een steenworp van Café Charlot, een enorme aanrader voor de hele dag maar vooral voor het ontbijt). Terug naar Carbón. Eerst de knapheid van het restaurant, het oog wil immers ook wat: marmeren tafelbladen, schoon gestoken bakstenen muren, volop planten en gezellige zitjes. Dan hetgeen wat op die tafels komt, bereid door een chef die voorheen bij Au Passage ach- ter de pannen stond (ook in dit boek opgenomen): vooral vlees van de grill en een ribeyesteak die eigen- lijk niet te missen is (hoewel met wel zes tientjes voor twee personen best wat aan de prijs).
Ook voor het haantje van de grill en de lamsschouder komen we graag terug. Nagenoeg alle gerechten worden geserveerd met aardappelen met kruiden en rode wijn- saus geroosterd met eendenvet – wij vroegen een tweede bakje, niet omdat het niet genoeg was, wel omdat het zó lekker was. Makreel komt van diezelfde eerdergenoemde grill. Een hele vis is het, met huis- gemaakte aïoli en een rijke risotto met kool en octopus. Ben je al vertrokken? Snap. Wegspoelen doe je een en ander met een van de goedgekozen natuurwijnen.
Overigens hadden we dat al een keer beschreven op deze site en wel hier: 8 x eten in Parijs – alle zaken in dat lijstje mogen ook keihard op je lijstje (maar ik ga hier natuurlijk geen dubbel werk doen, dus doorklikken maar!)
Toch nog heel even terug naar Clamato hoor… Dat kleine zusterrestaurant van het populaire Septime. Want kijk nou even wat een pracht. En het is er al even lekker. Wat ik eigenlijk zeggen wil: vergeet de stress van het binnenkomen bij Septime en zet gewoon meteen koers naar het sympathieke Clamato.
Het kan aan ons liggen, maar tijdens een stedentrip mogen de echtgenoot en ondergetekende graag een beetje stevig lunchen. Dat kan bij Da Graziella, waar, naast de pizza op je bord, nog veel meer te zien valt. De magnifieke mozaïekmuren van de voormalige vogelwinkel bijvoorbeeld, behouden vanuit de jaren twintig. De ster van de show is echter de enorme houtoven, gemaakt van beeldschoon Italiaans sorrentogesteente en groen marmer. Willen we thuis eigenlijk ook. Daar komen de authentieke Napolitaanse pizza’s (Napels is de bakermat van de pizza) uit die serieus verrukkelijk zijn. Welke smaak op de groene marmeren tafels voor de houten banken en boven de smeedijzeren stoelen komt, is afhankelijk van de dag waarop je komt: de eigenaren mogen graag wat spelen met het menu. Een knapperige bodem met San Marzano-tomaten, knoflook uit Ufita en oregano uit Alburni zou zomaar eens een optie kunnen zijn. Of diezelfde bodem met een topping van spicy salami uit Caserte. Er is charcuterie, er zijn salades en er is een huisgemaakte chocolade-‘pizza’ om mee af te sluiten; gebakken deeg badend in warme chocolademelk, doorspekt en overladen met een schaamteloze hoeveelheid poedersuiker. De eigenaren runnen ook Vivant, een puik Italiaans restaurant een deurtje verder.
Wie van een stevig ontbijt houdt (oui oui oui!), mag bij Season aanschuiven, zelfs als je tafelgenoot liever yoghurt, croissant en een o zo populaire (in mijn optiek zwaar overgewaardeerde) aciabowl blieft – dat hebben ze namelijk ook bij het no bullshit Season. Al schuif ik er dus het liefst aan voor de stapel in plakkerige stroop gedrenkte pannenkoeken met bacon en vers fruit. Of voor de pastramisandwich die zich misschien eerder voor de lunch leent… maar hé, je moet nog een hele dag, non? Fikse porties zijn het, stuk voor stuk, en dat is net zo fijn als lekker. Met de locatie, midden in le haute-Marais, is overigens ook helemaal niks mis. Te druk? Kan zomaar voorkomen. Maar er is nog een verdieping (verrassing) en om de hoek opende een Season-takeawaylokaal. Ook om de hoek: PNY voor burgers en The Broken Arm voor koffe en een nieuwe kleer. Koffie haal je eveneens bij het kleine Fragments, niet veel verderop maar dat lees je in de post ‘koffie in Parijs’, coming tres soon.
Jaaaa het Hoxton is natuurlijk een hotel en jajajaja, ons favoriete Parijse hotellijstje van 2018 (tromgeroffel) komt er supersnel aan, maar we konden het toch niet laten om ook hier het Hoxton Hotel Parijs, The Hox voor intimi, te tippen). En is namelijk net als in Amsterdam en in Londen (en tegenwoordig ook in Williamsburg New York!) dé plek om de hele dag neer te zakken. Maar echt de hele dag, elk moment van de dag, van ontbijt to borrel en wat daar tussendoor komt. Dat komt doordat deze vestiging toch wederom erg goed geslaagd is en op een perfect adres in het 2e arrondissement op een steenworp van, nou ja, van alles wel eigenlijk staat. Daarbij hebben onze Hoxton-vrienden goed begrepen dat je een winning team nooit moet change-en. Dat gebeurde dan ook niet: het lekkere hipster-coole Hoxton-sfeertje waar de club furore mee maakte werd wederom piekfijn doorgevoerd.
Knappe tinten blauw en roze op de kamers, een horizontale tuin achter een aantrekkelijke wenteltrap, okergele stoelen en bloemetjesbehang, the good way. En cocktailbar Jacques. Jacques is je beste vriend binnen deze Hoxton-telg, trust us: hier vind je de lekkerste plekjes (en meest fotogenieke hoekjes). Het restaurant van het hotel is precies wat je van The Hox verwacht, en dat is helemaal oké. Kortom: een van de beste adressen voor ieder moment van de dag.
Wat me aan het volgende doet denken: er staat dus al een heerlijk tip-lijstje op deze site met 20 van de fijnste hotels in de stad, allemaal getest. Het gros bestaat al jaren en daar is allerminst iets mis mee. Het tegenover gestelde eerder. Lezen doe je ze hier: 20 x de fijnste hotels van Parijs
Rue Gravilliers is zo’n supercentrale en toch redelijk stil typisch Parijse straat. Waar je een aantal keiharde parels vind. Zoals het vegan eetcafé Café Ineko: een zaak net zo knap als de plantaardige gerechten op het menu. Op groente gebaseerd dus, maar ook op het platteland van Mallorca. Voeg daar nog even aan toe dat de ex-directeur van ‘special projects’ bij Louis Vuitton de zaak runt en je weet dat het een hit is. Zodra je door de deur loopt, word je verwelkomd in een wereld van glas, witte steen en licht hout. Vintage meubels en statement-stukken (rieten manden, hangende planten en bedrukte kussens). Zoals je een modisch restaurant op Mallorca verwacht dus eigenlijk. Must-try gerechten zijn de speltabouleh met rauwe en gekookte groenten, de Mallorcaanse coca met speltmeel en labneh, hummus met zongedroogde tomaten en een hartige scone in sandwichstijl met avocado en fetakaas.
Dikke aanvulling op dit lijstje: 5 x Vegan in Parijs
Wat me aan het volgende doet denken: er staat dus al een heerlijk tip-lijstje op deze site met 20 van de fijnste hotels in de stad, allemaal getest. Het gros bestaat al jaren en daar is allerminst iets mis mee. Het tegenover gestelde eerder. Lezen doe je ze hier: 20 x de fijnste hotels van Parijs
Fan van La Buvette? Een van mijn absolute top (top top top) favorieten in de stad, niet in de minste plaats omdat het op een steenworp is van mijn lievelingshotel waar ook hondjes welkom zijn, Le Pigalle, en we er dus van alle restaurants in dit lijstje het vaakst aanschoven. Dan moet je eigenlijk ook eens het nieuwe Déviant proberen. De zaak opende in maart 2018 door de eigenaren van Vivant en Da Graziella (zie ook hierboven) en zit sinds dag één hartstikke vol. Dat moet ook wel vanwege de heerlijke kokkels zijn, de wijnen en de andere kleine tres Franse gerechten… Maar het kan ook liggen aan het concept: overdag zit de pui potdicht en valt er aan niks af te lezen dat achter het zware rolluik de hipste eetbar van het moment schuilt. ‘s Avonds echter is Déviant precies waar je zijn wil: de sfeer is Spaans en er zijn geen tafels of stoelen. De knappe Fransozen parkeren zichzelf gewoon op half straat, half binnen. Om 18:30 uur is het happy hour en aan reserveringen doen ze niet. Zaak naar ons hart.
Dikke vette crush op het interieur van Cravan dat stamt uit 1911. Maar ook de rest van de ongecompliceerde en daardoor nagenoeg perfecte typisch Franse bar doet ons hart sneller kloppen: de ras-ober achter de toog en de kroketten op het menu. Om geen genoeg van te krijgen. Je moet er wel even wat voor doen: Cravan vind je in het 16e arrondissement, nog over de Seine (en daar kom je niet perse standaard). Op weg naar de Eiffeltoren? Plan dan Cravan in!
Must-try gerechten zijn de speltabouleh met rauwe en gekookte groenten, de Mallorcaanse coca met speltmeel en labneh, hummus met zongedroogde tomaten en een hartige scone in sandwichstijl met avocado en fetakaas. Dikke aanvulling op dit lijstje: 5 x Vegan in Parijs
Alle foto’s, op 1 of 2 na, zijn van Sophia – volg haar via Paris Unfolded en Unfolded