Engeland28 februari 2022, door Sanne Carbaat

God’s Own Country, dat is het prachtige Yorkshire (Engeland)

Engeland, 28 februari 2022, door Sanne Carbaat

God’s Own Country, dat is het prachtige Yorkshire (Engeland)

Als de bijnaam van een streek God's Own Country is, kan het niet anders dan goed zitten. In Yorkshire in Noord Engeland zit het dat ook. Bruisende steden, schattige, écht Engelse dorpjes, prachtige National Parks en fantastische kustplekken - Yorkshire heeft het allemaal en meer. Pak je pen en papier en schrijf mee.

Yorkshire

Yorkshire

Echt, als je met een divers gezelschap op vakantie wilt, ga dan naar Yorkshire. Je hebt er Industrial Revolution-era steden als Leeds waar je kunt shoppen, eten op stijl en de fijnste pubs kunt bezoeken. Voor de wandelaars heb je twee enorme nationale parken, de North York Moors en de Yorkshire Dales (en zelfs stiekem nog een beetje Peak District) waar altijd wel een lief tea house te vinden is. Kasteellovers kunnen hun hart ophalen bij de vele Normandische kastelen en middeleeuwse abdijen en zelfs de strandliefhebbers kunnen niet stuk in dorpen zoals Whitby, waar je op iedere hoek van de straat verse oesters, schaaldieren en anders lekkers uit de zee kunt vinden.

All Creatures Great and Small

All Creatures Great and Small

Al speelt de (wereldwijd geprezen) serie All Creatures Great and Small zich júist af op het Yorkshire platteland. En dat is, zonder omhaal, smullen. Een onverbloemd oer-Engels plattelandsverhaal dat zich afspeelt rondom een jonge dierenartsassistent. De hartverwarmende en gemoedelijke (sorry voor de cliché-termen maar we kunnen niet anders zeggen) serie is een remake van de gelijknamige serie uit 1978 en zo is dan ook hele sfeer. Back to basic, back in the days. Vanaf de eerste minuut waren we verkocht aan de plattelandsvibe van vervlogen tijden, de keurige Engelse looks en – uiteraard – de om te smullen accenten.

All Creatures Great and Small gaat over James Herriot, een jonge dierenarts die naar het Engelse platteland verhuist om dierenarts te worden. In het wonderschone Yorkshire Dales maakt de leerling-dierenarts kennis met zijn eigenzinnige nieuwe dorpsgenoten, zijn strenge baas Siegfried, de mooie boerendochter Helen en een heleboel, joh, dieren.

Heerlijk, we zeiden het al, en vooral de filmische beelden waarin je met James & co meerijdt door groene, prachtig glooiende heuvels van Yorkshire zijn een alsof-vakantie vanaf de bank.

Kijk de serie elke dinsdagavond om 21:00 op BBC First.

En als je dan de smaak helemaal te pakken hebt, save dan ook onderstaande tips om het beste/ meeste uit je soon to be Yorkshire All Creatures Great and Small tripje te halen. Enjoy!

Leeds

Leeds

Zoveel te doen, maar een aantal dingen mag je echt niet missen, waaronder Thais restaurant Zaap, waar je authentiek Thais street food haalt en je je onmiddelijk op Khao San Road waant. De kleuren en neonlichten zijn een klap op je senses op de juiste manier. Favoriet was de vegetable gyoza (die extra besteld moest worden, omdat de niet-vega’s deze ook niet konden laten liggen). Goede bodem gelegd, dus door naar White Locks, dé craft beer pub in Leeds (en ze hebben er veel). White Locks is de oudste pub van Leeds (1715) en met interieur van einde 1800 doe je ook echt wel een stap terug in de tijd. Dat geldt gelukkig niet voor het bier, dat is altijd vers – twaalf fusten, twee casks en rond de vijftig wisselende flessen en blikken. Voordat je deze pub hebt uitgespeeld, zit je er wel even en dat is maar goed ook. Voor je afzakkertje loop je door naar de Belgrave Music Hall & Canteen. Altijd goed zitten, maar in de zomer hebben ze een ontzettend fijn en tikje hipsterig dakterras en daar zitten we het liefst.

Het dorpachtige Chapel Allerton is een van de leukste suburbs van Leeds. Op de levendige Harrogate Road vind je brewpubs, kindvriendelijke boekwinkels, aparte boutique shops en een scala aan pubs, restaurants, tea houses en hippe cafe’s.

Quebecs Hotel

Quebecs Hotel

Midden in het centrum vind je Quebecs Hotel, een imposant Grade II listed hotel op de hoek van Quebec Street. De kamers zijn klassiek met een moderne twist en Engelse elegantie – geen boembasta van felle kleuren, maar een ingetogen charme en die Britse netheid. Als je binnenkomt, kan je niet meer twijfelen dat je in een heus Engels gebouw bent: gewrochten ijzeren hekken, hoge pilaren en een mega-eiken trap met van die elaborate leeuwen- en eikenbladdecoratie. Het enige wat je nu nog moet doen, is een afternoon tea in de Porter’s Lodge Bar & Lounge reserveren – lippen getuit, pink omhoog en je hoort er helemaal bij.

Quebecs Hotel

Briggate Hotel + The Bells

Briggate Hotel + The Bells

Ook hartje centrum is Briggate Hotel & Appartments, een quirky high-end hotel boven een van de leukste barren van Leeds, The Viaduct Showbar. Alle kamers zijn uniek, van aquariumlichtdecor tot giraffenprintkussens, veel brick work, hout en natuurlijk dat Engelse tweed printje. De kamers zijn wel vrij verschillend van maat, dus let daarop bij boeken. Mocht dat hotellerige niks voor jou zijn, dan kun je altijd nog even bij zusterboutique The Bells aankloppen. dat zijn ruime, vaak twee slaapkamer appartmenten en bijna allemaal met – jaja – een hottub! Een cuppa Yorkshire tea drinken was nog nooit zo op stand.

Briggate Hotel en The Bells

Hazlewood Castle

Hazlewood Castle

De countryside van Leeds is maximaal vijftien minuten rijden (en Leeds dus ook maar vijftien minuten van de countryside, heuuu), wat betekent dat je precies goed zit in Hazlewoods Castle voor een city trip, maar ook voor dat even-in-de-natuur-en-ertussenuit-gevoel. In het kasteel zelf vind je negen ruime kamers inclusief my lord and my lady gevoel. Eenmaal op de binnenplaats en over het bruggetje kom je bij St. Margaret’s kamer (meer geschikt voor gezinnen en lui met huisdieren) én je kunt nog een geheime deur door, waarachter zich nog meer luxe kamers bevinden. Met twee restaurants, een bar en een lounge is er ook genoeg te proosten en te knabbelen.

Hazlewood Castle

Bingley Arms

Bingley Arms

Op nog geen twintig minuten rijden, vind je de oudste pub van Engeland (zo claimen ze zelf) – The Bingley Arms. Deze meer dan duizend jaar oude pub heeft nog een kruipruimte in de open haard waar de priesters zich vroeger verstopten (tip: ga er niet in, het is klein en heul stoffig). Alle gerechten worden met lokale producten gemaakt, de sunday roast overslaan zouden we dus niet doen.  Fijne Engelse ales op tap en een topper van een biertuin – een taxi voor de weg terug is wellicht zo’n slecht idee nog niet.

The Bingley Arms

North York Moors + Yorkshire Dales

North York Moors + Yorkshire Dales

Welke van deze twee nationale parken lievelings zijn, kunnen we echt niet zeggen. Zorg gewoon dat je lang genoeg gaat, zodat je in beiden kunt wandelen, ravotten en nieuwe natuur verkennen. Ook al liggen de twee natuurgebieden eigenlijk niet eens zover uit elkaar, het is een wereld van verschil. In de Yorkshire Dales heb je meer groen, meer bomen, van die Engelse dry stone walls die eruit zien alsof ze er vanaf het begin der tijden staan en kleine dorpen met village pubs (de beste traktatie na een lange wandeling).

De North York Moors hebben wel de glooiende heuvels, maar weinig bomen. Het zit er wat bar en dor uit als je net uit de Dales komt, maar rijd iets verder en je vindt dat de Moors net zo divers kunnen zijn. Wat je in sommige stukken tot aan de horizon ziet groeien, is heide, heide en nog eens heide. In alle kleuren (helemaal in de herfst) en maten. Bij het te schattige Falling Foss Tea Garden heb je dan wel weer een stuk bos met veel rotspartijen en zelfs een waterval. Oh, en voor de Harry Potter fans – de North York Moors Railway is magisch en stopt bij het Hogsmead platform.

Whitby

Whitby

Whitby is als een munt zo tweezijdig – de ene kant van het kustplekje is een soort van verzamelplek van alles dat je eigenlijk niet wilt, maar soms toch leuk is. Arcadehallen (de foute), overal fish&chips (sla de Magpie over en loop door naar Trenchers) en ander gefrituurd spul en bussen vol toeristen. Loop vijf minuten verder de brug over en je zit aan de idyllische kant: schattige pubs, goede restaurants en een prachtig historisch centrum. Tel die twee verschillende kanten van Whitby bij elkaar op en je hebt een topdag. Schrik je kapot bij de Dracula Experience (Bram Stoker heeft hier in Whitby inspiratie opgedaan) en loop de heuvel op naar de Whitby Abbey, een echt prachtige ruïne van een oude abdij. Oh en daarnaast zit de Whitby Brewery, voor die beloning waar we het al eerder over hadden. Mét uitzicht over het dorpje, de pier en voor je gevoel, de rest van de wereld.

The Belfry + La Rosa

The Belfry + La Rosa

Bam, in your face, is La Rosa. Kleur, textuur en prullaria komt de muurgaten uit en we like! Het is eclectisch, het is dramatisch, het is hysterisch en het is fantastisch in alle betekenissen van het woord. Zoals ze zelf zeggen, het is meer boudoir dan boutique. Hamer op de spijker, hoor. Je kijkt uit over de haven en de Whitby Abbey is nooit uit je vizier.

Een no-nonsense, fijn hotel op de westelijke kliffen van Whitby, dat is The Belfry. Geen overdadige luxe, maar goede bedden, fluffy kussens en uitzicht over de zee. Iedere kamer is uniek ingericht, al hebben ze wel allemaal die wit met lichtblauwe kustplaatsvibe. Van Bart mag er wel iets meer kleur in de toko, maar goed, dan lopen we dus even naar die arcade halls en zijn we kleur weer even beu.

La Rosa en The Belfry