Spring is coming en dít kun je nu doen in je tuin
Sleeën en sneeuwschuivers aan de kant: het tuinseizoen begint weer te kriebelen! Dít kun je nu doen in je tuin.
En lees hier alle Barts Buiten artikelen, van planten stekken voor dummies tot een volledig 'eetbare' tuin.
In februari beginnen we een plan te maken voor onze moestuin. We bestellen de zaden en krijgen steeds meer zin om aan de gang te gaan. We maken vakken die afgescheiden zijn met rozen: rozen trekken luizen aan en zo hopen we dat die van de groenten afblijven. Bij goed weer maken we de grond onkruidvrij.
Peulen en erwten kunnen al in maart gezaaid worden, dus dat gaan we eerst doen. Peulen en erwten leggen stikstof in de grond vast. Daarna zaaien we gewassen die gebruik maken van die stikstof, bijvoorbeeld boerenkool of andijvie.
We maken drie vakken, maar als je ook aardappels wilt telen, kun je beter vier vakken maken. In het eerste vak zaaien we de erwten en bonen. In het tweede vak alle wortel- en ui-gewassen en in het derde vak alle koolsoorten. Ieder jaar schuiven we alles een vak op. Dat is goed voor de grond. Rucola hoort trouwens bij de koolsoorten, so you know. Sla en dergelijke zaaien we daar waar plaats is. We zaaien ook veel bloemen die insecten aantrekken (nu, in februari, is het daar nog te vroeg voor, maar in maart kan dat wel).
In het vak waar de erwten en bonen komen, gooien we een flinke laag compost en in het koolvak strooien we kalk. Wat nog meer? Begin maart kunnen we het volgende al zaaien: tuinkers, uien, wortelen, rucola, zomersla, spitskool, platte peterselie, radijs, prei, rode biet, snijbiet, spinazie en tuinbonen.
Binnen (in een kasje) kunnen we het volgende voorzaaien: zomerbloemkool, aubergine, tomaten, paprika, knolvenkel, basilicum en courgette. Het is heel verleidelijk om heel enthousiast binnen te gaan zaaien, maar uit ervaring weten we dat dat tegen kan vallen. De planten worden dan namelijk te lang en te slap. Dus zaaien we van alles een heel klein beetje en niet te vroeg. In de tweede helft van mei kunnen deze plantjes naar buiten. Maar de meeste plantjes zullen een keer verspeend moeten worden.
We kunnen nu heel goed erwten binnen zaaien. Koop een pak groene erwten (waar je erwtensoep van maakt: hele erwten. Niet de spliterwten). Leg een handvol erwten een nacht te weken in water. Neem een platte bak met tuingrond. Leg de erwten erop en bedek ze met een laagje grond. Houd de grond vochtig. Na ongeveer een week zie je de jonge erwten boven komen. Als ze ongeveer 10 cm hoog zijn, knip je ze af en gebruik je ze in een salade of smoothie. Na de knipbeurt groeien ze gewoon weer aan. Zo kun je meerdere keren van dezelfde kweek eten of een drankje maken.
Kuipplanten moeten regelmatig gecontroleerd worden op schimmels en ongedierte. We beginnen met regelmatig water geven.
Begin maart is de beste tijd om de rozen en de vlinderstruik terug te snoeien tot 10 cm boven de grond. Lavendel mag teruggesnoeid worden tot het houtige gedeelte. Takken van de vlinderstruik kunnen we als steunmateriaal gebruiken bij planten die gauw omvallen.
Bij regenachtig weer kunnen we kalk op het gazon strooien voor een goede oppepper.
In maart kunnen struiken nog goed verplant worden. Ook bomen met kale wortels zijn deze maand nog goed te planten of verplanten.
Als we de herfstframbozen nog niet gesnoeid hadden, moeten we dat nu wel doen. Als je niet zo’n grote tuin hebt, zouden we eerder voor de herfstframboos kiezen dan voor de zomerframboos. Daarin zitten vaak wormpjes. Met de herfstframboos heb je daar geen last van. En je hebt nog eigen fruit tot eind oktober. Er zijn ook gele frambozen. Zelf vinden we ze niet zo lekker. Heel zoet, maar geen frambozensmaak. Frambozen kunnen de hele maand maart nog aangeplant worden. Frambozen kunnen redelijk goed in de schaduw staan.
Tot slot nog een paar eetbare planten: de olijfwilg. Die is niet zelfbestuivend dus moet je twee verschillende soorten aanplanten voor vruchtvorming.
Stauntonia: kun je zelf zaaien.
Kornoelje: trekt bijen aan.
Acca Sellowiana (ananasguave): moet op een droge, warme plek uit de wind staan. Is niet zelfbestuivend.
