18 maart 2021, door Maartje

Een nieuw rondje tuinvragen (maart 2021)

18 maart 2021, door Maartje

Een nieuw rondje tuinvragen (maart 2021)

Daar wassie weer hoor, het rondje tuinvragen via het welbekende Instagram. En onze zelfbenoemde tuin-pro die de antwoorden uit haar mouw schudt. Het waren er veel, dus we doen 'm in drie delen. Deel één van het nieuwe rondje tuinvragen (maart 2021):

Wanneer (en hoe) zaai je Dahlia?

Wanneer (en hoe) zaai je Dahlia?

De beste tijd is eind maart/ begin april, en dan binnenshuis. Neem goede grond en nee, dat is geen potgrond. Daar zit namelijk teveel voedsel in. Het moet voedselarme grond zijn anders krijg je lange dunne sprieten i.p.v. gezonde stevige stengels. Het beste is speciale zaai en stekgrond. Als je alleen potgrond hebt, vermeng het dan met scherpzand. Verhouding 3:1. Zaai in bakjes waar het water aan de onderkant uit kan. Voor het zaaien moet je de grond goed vochtig maken. Ik dek de zaden af met een dun laagje vermiculiet maar het kan ook met zaaigrond. Als je de bovenkant afdekt met plastic creëer je een goede, vochtige temperatuur, maar dan moet je goed opletten dat de boel niet gaat rotten. Dahlia kiemt binnen 14 dagen.

Als de zaailingen ongeveer vier blaadjes hebben ga je ze verpotten. Eén zaailing per pot. Als het plantje ongeveer 10 cm is knijp je het groeipunt eruit zodat ze gaan vertakken. Na half mei, als je geen nachtvorst meer verwacht, plant je ze buiten uit. Ergens in juli gaan ze bloeien. Pas op voor slakken als ze net buiten uitgeplant zijn.

Waar koop je de leukste bloempotten?

Waar koop je de leukste bloempotten?

Eigenlijk ‘gewoon’ bij de betere tuincentra maar zelf zoek ik ook vaak op internet. Dan kan ik meteen lezen wat de voors en tegens zijn.

Maar eigenlijk is het beste antwoord dat je een toffe stadstuinwinkel op zou moeten speuren die past bij je smaakt. Die winkels zijn gespecialiseerd in kleine tuinen en balkons en dan kom je uiteraard al snel uit op potten. Er zijn er een heleboel hoor, van die Stadstuinwinkels, en je vindt ze door het hele land. Zie Stadstuinwinkels Nederland.

En een leuke die door het hele land bezorgt en ‘op’ de potten zitten: Plantaardig – ’n Stadstuinwinkel. Een stadstuinwinkel in Middelburg, Zeeland. En niet zomaar één: hoewel de winkel van een normaal formaat is, kun je je er uren vermaken op zoek naar de perfecte plant. Er is een ‘Plantenhotel’; handig voor wanneer je op vakantie bent. En een ‘Plantenasiel’; planten die op zoek zijn naar een tweede thuis (Zusterstraat 10).

En de potten op de foto hiernaast zijn van Rabens Saloner. Heel mooi, vind ik. 

Hoe doe je een tropische tuin in Nederland?

Hoe doe je een tropische tuin in Nederland?

Als ik een tropische tuin zou maken, zou ik zeker beginnen met een bananenboom. Er zijn tegenwoordig rassen die best een aantal graden vorst kunnen hebben en zo’n bananenboom geeft meteen de juiste sfeer (en is een stuk origineler dan een palm). Wel even goed opletten dat je inderdaad een boom koopt die iets van vorst kan hebben want we hebben afgelopen tijd gezien dat het toch nog wel eens kan vriezen. Ook een bananenboom die tegen vorst kan, verliest blad en de boom sterft boven de grond af. Dus moet je ieder jaar van voor af aan beginnen (dat lukt hoor!). Tenzij je hem in het najaar goed inpakt. Een boom die tot de grond afsterft haalt meestal de bloei niet, daar is het seizoen te kort voor. Als hij ingepakt is geweest kun je die prachtige bloemen misschien wel krijgen. Bananen zul je niet krijgen hier in Nederland maar ach, dat kun je hebben. 

Grijsbladige planten kunnen meestal goed tegen droogte. Maar ook een Oleander, Hibiscus en Bamboe horen thuis in een tropische tuin. Er zijn diverse soorten palmbomen te koop die een aantal graden vorst overleven. Als je voor bamboe kiest neem dan een soort die niet woekert. Nog een paar planten die goed kunnen: Eucalyptus, Gunnera, Aloë striatula, Rozemarijn, Russische salie, rozen. Zelf zou ik ook wat fruit aanplanten zoals: Ananasnaya of  Kiwibes.

Hoe kun je een stadstuin leuk indelen?

Hoe kun je een stadstuin leuk indelen?

Dat is een lastige vraag omdat iedereen van iets anders houdt. Maar toch enkele tips:

Kijk waar de ideale zitplekjes zijn op bepaalde momenten van de dag. Waar staat de zon om een lunchplekje te maken? En waar kun je ‘s avonds bij de ondergaande zon nog lekker genieten? Denk ook na over eventuele schaduwplekjes. De fijnste schaduwplekjes zijn onder een boom, logisch natuurlijk maar toch, kies in een kleine stadstuin niet voor een boom die te groot wordt. Er zijn heel veel soorten die compact blijven. Bedenk ook of ze groen moeten blijven in de winter of dat ze in het voorjaar moeten bloeien. Kies wel iets met overhangende takken waar je dan onder kunt zitten. Bepaal aan de hand van die boom waar de schaduwplekjes zijn. Daar kun je schaduwplanten (hosta’s) zetten of een klein vijvertje maken – dat hoeft echt niet groot te zijn om toch sfeer te creëren. Op de plekken die erg droog en warm worden, kun je grijsbladige planten zetten zoals lavendel en rozemarijn (alle kruiden houden van warmte).

Als je wat groenblijvende struiken wegzet, heeft je tuin in de winter ook nog iets aantrekkelijks. Plant niet te kleine struiken, dat oogt juist kleiner. Doe bijvoorbeeld de Dipetta. Die ruikt lekker, is mooi in de winter en groeit langzaam. Tegen de schutting kun je laagblijvende fruitbomen planten. Die moet je wel langs gaas leiden zodat ze niet te veel plek innemen.

Wat je ook plant, denk altijd in combinaties. Bij donkere rozen komen de volgende planten goed tot hun recht: Persicara bistorta of rose Zeeuws knoopje.

Bij witte roos: Salvia, Geranium Roanne, Epilobium. En iets ronds combineert mooi met iets langwerpigs (denk zo aan planten met mooi sierblad).

De Helleboris (bloeit aan het eind van de winter in prachtige kleuren) is mooi en toont altijd de eerste tekenen van de lente. Enkele lang bloeiende vaste planten zijn Nepeta (blauwe bloemen), vaste geranium (van roze naar blauw), aster (bloeit pas laat, blauw), Geum (oranje, bloeit vroeg), dropplant (blauw).

Ook in de stad is het leuk om aan aantrekkelijke planten voor insecten te denken. Lekker ruikende planten, planten die veel of weinig water nodig hebben en het eventuele snoeiwerk.

Wat zijn leuke struiken voor op het noorden?

Wat zijn leuke struiken voor op het noorden?

Als er in de tuin op het noorden wel genoeg zon is, is de keus natuurlijk al een stuk groter. Maar denk ook aan de wind! Sommige planten zijn daar gevoelig voor. Er is verschil tussen ‘diepe schaduw’ of een plek waar de zon een deel van de dag schijnt. Bij diepe schaduw zal alles minder bloeien. Planten die tegen diepe schaduw kunnen zijn vaak groenblijvend omdat ze in de winter ook licht vangen. Ga op deze plekken voor struiken of bomen met mooi blad.

Enkele boomsoorten voor in de schaduw: Broodboom: mooi glanzend blad. Bloemkleur is rood. Ruscus aculeatus: opgaand, dicht vertakt, blijft wintergroen. Sneeuwbes: bessen zijn giftig, 150 cm hoog. Japanse esdoorn (Acer): wil ook een beetje zon, prachtige herfstkleuren, veel soorten. Licht zure grond. Fagus, een beuk. Wordt erg groot! Krenteboompje (Amelanchier), bloeit vroeg in de lente. Geeft later krenten waar de vogels gek op zijn en is makkelijk in onderhoud. Amerikaanse kornoelje: wit-groene bloemtuilen, 300-500 cm, prachtige najaarskleuren. Is niet wind gevoelig en trekt insecten aan.

 

Vaste planten voor in de schaduw?

Vaste planten voor in de schaduw?

Een rijtje:

Caudatum (mansoor): bodembedekker 15 cm.

Euphorbia: veel soorten, van kruipers tot struiken.

Lamiastrum(dovenetel): veel soorten en kleuren.

Struisvaren: kan net als de meeste varens goed tegen schaduw.

Maagdenpalm: bloeit blauw.

Goudaardbei: bodembedekker met gele bloemen.

Struiken voor in de schaduw?

Struiken voor in de schaduw?

De Berberis heeft venijnige stekels, wordt 25 tot 200 cm hoog en is aantrekkelijk voor vogels (gezellig!). De Camellia is wintergroen, moet in humusrijke grond, ruikt heerlijk en bloeit in meerdere kleuren. Hij kan tot 250 cm hoog worden. De Hortensia is welbekend en terecht: het is een gemakkelijke struik die in veel kleuren komt en tussen de 100-300 cm hoog wordt. 

Jeneverbes is een conifeer met een mooie bladvorm. Blijft groen en wordt tussen de 60-600 cm. De Mahoniestruik heeft prikkend blad en midden in winter heeft hij fel gele bloemen.  Wintergroen dus, en tot 150 cm hoog.

Een Pieris is langzaam groeiend en heeft als voordeel dat-ie de grond onder de boom met rust laat want hij wortelt niet diep. In het voorjaar geeft-ie felrood blad (let op het soort) en hij wordt 150 cm. Een Prunus is groenblijvend met witte bloemen, 125-700 cm. Een Rhododendron is ook groenblijvend en groeit op zure grond (tuinturf erbij) en is er in wit, roze, paars, en rood bloeiend. 100-200 cm. Tot slot de Skimnia die bloeit in het voorjaar en geeft bessen in het najaar. Deze groeit ook op zure grond.

tot slot wat tips om binnen voor te zaaien:

tot slot wat tips om binnen voor te zaaien:

* Neem potjes of bakjes waar het overtollige water aan de onderkant uit kan. Klinkt logisch maar denk er maar eens aan ;-).

* Gebruik geen potgrond, maar zaai of stekgrond of potgrond vermengd met scherpzand.  Verhouding 3 tot 1.

* Niet te vroeg zaaien en heel dun zaaien omdat de meeste plantjes pas na half mei naar buiten kunnen. En denk eraan om er ook de juiste namen bij te zetten. Grond vochtig houden, maar niet kletsnat.

* Verspenen als de plantjes ongeveer 4 blaadjes hebben. Niet eruit trekken want dan breken ze af. Eruit scheppen en in potgrond verplanten. Een plantje per potje of bijvoorbeeld in rolletje wc papier. Dan kun je het met rolletje zo buiten in de grond zetten.

* Bij mooi weer overdag buiten laten wennen, maar ’s nachts naar binnen.

* Voor het buiten uitplanten eerst mest strooien. Niet op de jonge plantjes gooien.