Frankrijk24 december 2019, door Nina van Hilst

Winterzon in Europa: de eilanden van Guadeloupe  – deel 1

Frankrijk, 24 december 2019, door Nina van Hilst

Winterzon in Europa: de eilanden van Guadeloupe  – deel 1

Ok ok, winterzon in Europa is een beetje een instinker. De eilanden van Guadeloupe behoren tot Frankrijk maar liggen in het Caribisch gebied. Een stukje vliegen dus nog. Al kan dat sinds kort met een directe vlucht van Air Belgium van Brussel naar Guadeloupe. Inpakken, boarden en tadaa: er ligt een heerlijke archipel van tropische eilanden klaar om te ontdekken.

Eilanden van Guadeloupe: Grande-Terre

Eilanden van Guadeloupe: Grande-Terre

De “Franse Antillen” bestaan uit de grotere eilanden Grande-Terre en Basse-Terre, Marie-Galante, La Désirade en de grotendeels onbewoonde eilandjes Iles des Saintes en Iles de la Petite Terre. De eilanden zijn divers en daarmee is er dus volop te doen en te ontdekken. Als je daar zin in hebt tenminste. Op een van de witte strandjes met helderblauwe wateren neerploffen is ook een fijne optie.

In het heel kort is Grande-Terre het grootste, meest bewoonde en toeristische eiland. En ondanks dat is het er nog steeds lekker rustig. Er zijn volop verlaten stranden te vinden waar af en toe een vriendelijk iemand langs wandelt met zijn of haar hond. Grande-Terre is heuvelachtig, groen en staat vol met suikerriet plantages. De export van dit laatste is van oudsher de hoofdinkomst van de eilanden.

Basse-Terre, Marie-Galante, La Désirade, Petite-Terre en Iles des Saintes

Basse-Terre, Marie-Galante, La Désirade, Petite-Terre en Iles des Saintes

Basse-Terre is per brug bereikbaar vanaf Grande-Terre en is bergachtiger, wild begroeid met de mooiste tropische planten en heeft, in tegenstelling tot de witte stranden van Grande-Terre, zwarte en gouden stranden. Omdat Basse-Terre als eerste bewoond was, zijn de huizen mooier en ouder. En er is de vulkaan en watervallen om avontuurlijk naartoe te hiken.

Marie-Galante is een knus eiland waar volop te doen is. Cultuur, restaurantjes, stranden. La Désirade is nog rustiger en dus ideaal voor een weekje verplicht boeken lezen onder de palmbomen. Petite Terre is een heerlijke paradijselijk eilandengroepje wat per boot te bezoeken is. Het is onbewoond en je kunt er alleen als dagtrip heen. Duikbril en picknick mee en genieten maar. Iles des Saintes doet het meeste denken aan The Beach maar dan in Caribische sferen.

Hoe kom je er?

Hoe kom je er?

Om naar de eilanden van Guadeloupe te komen vanuit Europa moet je of met heel veel geld op een eigen boot erheen varen. Ook zijn er diverse cruises die op de eilanden stoppen. Maar de meest toegankelijke weg is toch per vliegtuig. Air Belgium heeft sinds december 2019 een directe vlucht vanuit Brussel vanaf €500. Deze vlucht gaat van Brussel Charleroi via een tussenstop op Martinique naar Pointe-a-Pitre. En op de terugweg direct naar Charleroi. De heenvlucht duurt 12 uur en de terugvlucht 8 uur. En dat is in de nieuwe, reet comfortabele vliegtuigen van Air Belgium heel erg goed te doen. Er is ook een budgetoptie vanuit Parijs. De goedkoopste vlucht hiervoor zag ik met Level voor €270 voor een retour. Maar dan moet je dus wel eerst in Parijs zien te komen.

Waar slaap je?

Waar slaap je?

De stranden zijn prachtig in Guadeloupe, de mensen super vriendelijk en de eilanden goed bereisbaar. Wat wel gezegd mag worden is dat de hotels en het eten niet goedkoop zijn. Omdat Guadeloupe tot Frankrijk behoort zijn de prijzen ook Frans. Een basic hotel is vanaf €100 per nacht en deze prijzen lopen dus op tot honderden euro’s per nacht. Tevoren je plekken zoeken en boeken is dus geen slechte keuze. Wij belandden er in ietwat hysterische all inclusive hotels (kan gebeuren) en die plekken raden we je niet echt aan. Onze zoektocht online bracht ons deze opties.

La Toubana – voor wie niet voor minder dan 5 sterren gaat is dit de plek. Het hotel heeft een mooi design, overloop zwembad en een eigen villa of bungalow. Daar hangt – uiteraard – een prijskaartje aan van rond de €400/500 per nacht.

Shambala Lodge – bungalows met een huiselijke sfeer. Midden in de mooie tuinen liggen de bungalows van Shambala Lodge. Het zwembad, optionele massages en yogalessen maken het een ontspannen verblijf.

Be on the Beach – de naam zegt het al. Dit hotel heeft kleine modern ingerichte huisjes pal aan het strand. En met prijzen vanaf €160 een stuk beter te doen.

Le Rayon Vert – een zwembad met uitzicht over zee, gelegen in het lush green van Basse-Terre ligt dit driesterrenhotel.

Langley Resort – het is een groot hotel maar wel met slaapkamers in lieve witte hutjes. Daar doen we het voor hoor.

Le Morne Aux Fous – heeft kleine houten vakantiehuisjes en ligt vlakbij de botanische tuinen van Deshaies en het strand Grand Anse

Jardin Malanga – qua looks is dit houten hotel met grote veranda toch wel favoriet. Een mooi wijds uitzicht over de bergen en het groen maken het af.

En bekijk ook zeker de opties op AirBnB. Er zijn veel leuke huisjes te huur.

Wat neem je mee?

Wat neem je mee?

Deze rubriek doen we normaal niet. Maar het was een trip waarop elk van de groepsgenoten wel een “had ik dat maar meegenomen” momentje had. Dus ten behoeve van het reisgenot een lijstje wat neem je mee.

  1. Met stip op één. Zonnebrand die vriendelijk is voor het koraal en het leven in de zee. 80% van het koraal is afgestorven. Een stijgende zeetemperatuur én schadelijke stoffen in zonnebrand zijn hier de oorzaak van. Koop voor je trip dus natuurlijke zonnebrand die niet schadelijk is voor het koraal. Dat deze ook beter voor je eigen gezondheid is, is bonus.
  2. Een goede regenjas of poncho. Vooral wanneer je naar Basse-Terre gaat is een regenjas een fijne kompaan. Met maar liefst 300 dagen regen per jaar, is er altijd de kans van een flinke bui op je hoofd.
  3. Een waterdichte zak. Ga je hiken of op een boot (bijvoorbeeld om te gaan snorkelen) en heb je een camera of telefoon mee, dan voel je je een heel stuk relaxter als deze waterdicht verpakt zit. Vooral in het tropisch woud is de luchtvochtigheid hoog. En een beetje bescherming van je electronica geeft een fijn gevoel.

4. Een rash guard of zonwerend shirt. Mocht je willen gaan snorkelen, surfen, suppen of een lange wandeling aan het strand maken, dan is extra bescherming tegen de zon geen overbodige luxe.

5. Een eigen snorkel. Deze hebben ze ook te leen bij de snorkeltours, maar indien je er een thuis hebben liggen dan is een eigen snorkel toch een stuk schoner en vaak beter.

6. Reistabletjes voor eventuele bootziekte. Omdat Guadeloupe uit verschillende eilanden bestaat, is de kans groot dat je een keer op een boot beland. En deze gaan soms redelijk wild op en neer. Bij ons in de groep hadden we één pakje tabletjes en we waren er maar wat blij mee dat we een pilletje konden nemen.

7. Iets tegen muggen. De één werd wel 20 keer gestoken, de ander kwam weg met één muggenbult in een week tijd. Persoonlijk heb ik afgewisseld tussen etherische oliën voor de momenten dat ik geen mug zag en een muggenwerende spray met Deet voor de momenten dat er veel muggen waren. Dit is natuurlijk geheel persoonlijk.

8. Wat neem je niet mee? Indien je kunt, neem dan zo weinig mogelijk kostbaarheden mee. We hebben ons op straat ten alle tijden veilig gevoeld maar bij het achterlaten van onze spullen in ons hotel, hebben we ons toch wat zorgen gemaakt. Eerlijk is eerlijk.

Of je nu alle dagen in een all inclusive gaat chillen en een keer een dagtrip wilt maken. Of wanneer je meerdere dagen op avontuur wilt, een gids inhuren is een goed idee. Taina van Guadeloupe Explor neemt je in haar bus – scheelt je weer auto huur – mee langs de mooiste plekken en verborgen stranden van de eilanden. Ze vertelt je over de historie, de cultuur en natuur. Uiteraard spreekt ze Frans en Engels. Wanneer je geen woord Frans spreekt, kan dit een fijne manier zijn om toch meer over de eilanden te leren.

Inmiddels staat ook deel 2 online. Hier lees je alles over het grootste eiland van Guadeloupe: Grande-Terre.