Málaga en Sevilla – citytrippen in Spanje

Málaga en Sevilla liggen in het heerlijke Zuid-Spanje in de streek Andalusië. Deze regio kan in de zomermaanden behoorlijk heet zijn, dus eigenlijk kun je het beste in het voor- of najaar deze steden bezoeken. Andalusië is in het voorjaar echt al heerlijk, want hier schijnt de zon al in februari en maart terwijl we in Nederland nog in sneeuw en regen kunnen zitten. Goed weer is trouwens niet altijd gegarandeerd in het voorjaar, in deze periode kan het ook nog regelmatig regenen dus je moet een beetje geluk hebben. Wil je echt zo min mogelijk kans op regen dan kun je beter in het najaar naar Spanje gaan, het warme en droge weer trekt altijd lekker lang door na de zomer.

De rit tussen Málaga en Sevilla is ongeveer 2,5 uur – of je nou met de bus of met de trein gaat. Persoonlijk vind ik de trein iets relaxter omdat je wat meer ruimte hebt voor jezelf en je bagage, maar de reistijd is hetzelfde en de prijzen liggen ook niet heel ver uit elkaar. Sidenote: de prijzen van de trein variëren sterk gedurende de dag (tussen 25 tot 50 euro) dus check even goed als je de beste prijs wil. Je kunt een enkele reis zonder overstap al boeken voor €25,-

WELKE STATIONS?

Ja, ook nog even handig om te weten is op welke stations je moet vertrekken en aankomen. Ga je met de trein? Dan reis je via Málaga-María Zambrano en Sevilla Santa Justa. Als je kiest voor de bus dan zijn de busstations Málaga – Estación de Autobuses en Sevilla – Plaza de Armas.

Yes, na alle praktische zaken is het nu tijd voor een bak inspiratie. We beginnen bij Málaga, een stad die ik persoonlijk echt zo leuk en fijn vond. De hele stad staat vol met palmbomen (hallo vakantiegevoel!) en ook niet onbelangrijk: het ligt aan het strand. Meteen weer even een sidenote: bij deze planning van 2 of 3 dagen staat er geen strand(mid)dag op het programma. Wil je dat wel doen, zorg dan dat je zéker 3 of meer dagen gaat zodat je er ook lekker even van kunt genieten.

Het Alcazaba ligt ook in de oude binnenstad en dit is een plek die je móet zien als je in Málaga bent. Dit is namelijk een voormalig Moors fort – gebouwd door de Islamitische en Romeinse bevolking die vroeger in dit deel van Spanje woonde. Vanaf het hoogste punt heb je een mooi uitzicht over de stad en in dit deel van het fort waan je je echt even in Marokko.

Trouwens ook leuk: iedere zondag vanaf 14.00 uur is het Alcazaba gratis te bezoeken. Gratis betekent ook drukker, maar in het voorjaar is het goed te doen met de drukte. Wil je foto’s maken zonder toeristen met gekleurde rugtassen die altijd net te lang in je beeld stil blijven staan? Kom dan vroeg, het Alcazaba is geopend vanaf 9.00 uur.

Je kunt Málaga perfect op de fiets ontdekken. Als je kort in de stad bent dan is een tour met een gids een leuke manier om veel hoogtepunten te zien. Heb je wat meer tijd dan kun je eventueel ook zelf op pad gaan met een huurfiets. Baja Bikes biedt tours in het Nederlands aan (en je kunt ook losse fietsen huren) en een rit van 3 uur kost €27,50. De route die je met de gids aflegt is een beetje afhankelijk van de dag en het seizoen (zo is de mercado niet open op zondag), maar in 3 uur tijd krijg je een leuk beeld van de stad.

Naast het oude centrum zijn de wijken Soho (veel streetart) en El Palo ook nog erg leuk om te bezoeken. El Palo ligt en oosten van de stad en in dit visserswijkje kun je overheerlijke vis eten langs het strand. Huur een fiets en cruise langs de stranden naar het gezellige El Palo. Onderweg kom je ook nog langs de wijk Pedregalejo waar je een hoop hippe hotspots kunt vinden.

Als je een reis naar Málaga gaat plannen, zorg dan dat je zeker 2 of 3 volle dagen in de stad te besteden hebt. In dit artikel combineren we Málaga en Sevilla, maar in de omgeving liggen nog veel meer mooie steden en leuke plekken om te bezoeken. Heb je wat meer tijd combineer Málaga dan ook nog met Cordoba, Granada en/of Caminito del Rey. Die laatste plek kun je als dagexcursie doen vanuit Málaga en dit een spectaculaire wandelroute over een smal pad langs een kloof en door de bergen.

Ga zéker drie dagen naar Sevilla als je alles op je gemak hier wil zien. Ook in Sevilla is de binnenstad prachtig en indrukwekkend en in het voorjaar ruikt de bloesem van alle sinaasappelbomen zo heerlijk in de stad. Sevilla is een stad om lekker rond te dwalen met natuurlijk hoogtepunten als Plaza de España en het Real Alcázar (het koninklijk paleis van Sevilla). Ook de wijk Triana is een must visit en voor de foodies is een foodtour een aanrader.

Op steenworp afstand van de kathedraal ligt misschien wel de belangrijkste bezienswaardigheid van Sevilla: het Real Alcázar de Sevilla oftewel het koninklijk paleis. Dit Moorse paleis is groots en imposant en de tuinen bij het paleis zijn al net zo mooi. Het Real Alcázar is toeristisch dus druk: koop in het hoogseizoen je tickets alvast online. Er is een maximum capaciteit van 750 bezoekers die tegelijk binnen mogen zijn, dus in het hoogseizoen kunnen wachttijden enorm zijn. Kom je in het voor- of najaar? Vooraf een ticket kopen is niet perse nodig maar zorg wel dat je er direct na openingstijd bent om een wachtrij bij de kassa te vermijden.

Vanuit het centrum loop je in ongeveer 15 – 20 minuten naar het Plaza de España, een van de belangrijkste pleinen van Sevilla. Dit bouwwerk is in 1929 gebouwd en de details van het tegelwerk is hier vooral prachtig. Alle 52 provincies van Spanje zijn te vinden in de mozaïek fresco’s. Door de akoestiek in het gebouw worden hier regelmatig flamenco optredens gegeven en vooral in het hoogseizoen is er altijd wel iets te beleven op het plein.

Het naastgelegen Maria Luisa Park is ook een parel die vooral in de warme zomermaanden voor wat verkoeling zorgt. Je ziet hier veel mensen wandelen en fietsen en ook veel locals komen hier om te picknicken.

Wanneer je alle bezienswaardigheden in het historische centrum hebt gezien is het tijd om de wijk Barrio de Triana te gaan ontdekken. Deze wijk ligt aan de andere kant van de rivier en is te bereiken via de Puente de Isabel II brug. In deze wijk vind je geen belangrijke highlights, maar juist lekker dwalen door de sfeervolle straatjes is hier gewoon heel fijn. In deze wijk werd vroeger veel keramiek gemaakt – vooral de Azulejos tegels en aardewerk in de typische blauwe kleur. Er zijn hier een aantal winkels die keramiek souvenirs verkopen.

De overdekte versmarkt Mercado de Triana is trouwens ook nog leuk om te bezoeken. Op deze markt is dagelijks van alles te koop: groente, fruit, vis, vlees en kruiden. Er zijn ook een paar eettentjes waar je wat lekkere hapjes kunt eten. Het beste bezoek je de markt in de ochtend, want in de middag sluiten de stalletjes al vroeg.

Net als in Málaga geldt voor Sevilla ook: ga voor authentiek in plaats van hip. Overal kun je overheerlijke tapas eten, van de traditionele gerechtjes tot lekkere fusion verrassingen. Stap bij kleine bodega’s binnen om kleine gerechten van de kaart te proberen of schuif aan in een van deze restaurants, hier hebben wij namelijk heerlijk gegeten:

+ La Bartola
+ Restaurante Catedral
+ El Pasaje Tapas (fusion)

In Calle Mateos Gago zitten een hoop leuke restaurantjes met gezellige terrasjes voor de deur. Hier is het iedere avond erg druk. Een klein beetje toeristisch, maar wel met lekker eten.